21 juni 2020

Een hond is en blijft een dier

Als er al zoiets bestaat als ‘honden- of kattenmensen’ dan behoor ik zonder de minste twijfel tot de eerste species. Katten zijn ondingen in en buiten het huis. Ze luisteren nergens naar, je kunt ze niks bijbrengen en buiten verjagen ze mijn geliefde vogels.

Eén hond woonde er ooit in ons gezin. Een Schotse herder. Een collie. Een ‘Lassie‘ dus. Rustig, vol aandacht, snelle leerling. Alleen zwemmen en met het achterwerk op nat gras zitten: zo gek kreeg ik ‘em nooit. Onze manier van leven en (vooral) werken laat zich echter niet combineren met het verantwoord verzorgen van een hond: na onze trouwe Hesketh kwam er dus geen opvolger.

Mandjes
Nu ik veel met de camper op pad ben kom ik weer veel honden tegen. Want in opvallend veel campers reist een hond mee, stel ik vast. Dat gegeven alleen al verbaast mij: na het verplichte uitlaten ook als het regent zo’n natte stinkhond – tja, het is niet anders – in je camper, daar moet ik niet aan denken. Hesketh woonde destijds bij ons buiten, in zijn eigen verblijf. Overdag los in de tuin, ’s nachts in het hok. (‘Ja, maar ik heb geen tuin.’ O, waarom heb je dan een hond?)

De relatie tussen honden en hun baasjes neemt, zo zie ik dagelijks en vooral op campings en camperplaatsen, steeds idiotere vormen aan. Hartstochtelijk toegejuicht door de leveranciers van allerlei malle fietsmandjes voorop en achterop, tot aan complete fietsaanhangers aan toe. Honderden euro’s worden er aan besteed om de hond mee uit fietsen te nemen!
Zo sprak ik mensen die hun camper inruilden voor een model met een andere indeling. “Dan kan de hond tijdens het rijden onder de tafel liggen, dichtbij ons. Want dat wil ze graag.” Ja, lees het gerust nog maar een keer: een andere camper voor de hond!

Op een camping onlangs waren mijn buren met hun camper aan het proefkamperen, op 20 km van hun huis. “O, net deze camper gekocht?” Nee, we willen even kijken hoe het gaat met de hond. Als het niet zou gaan zijn we snel weer thuis. De hond bleek een zwart mormeltje, dat bij ons in de fruitschaal nog zou verdwalen. Hoezo, dacht ik, als het niet gaat? ’s Avonds zaten ‘mama’ en ‘papa’ tegenover elkaar aan één zijde van de picknicktafel. Tussen hen in het zwarte pluisje. Ik durf de lieve woordjes niet te herhalen die ik toen hoorde: plaatsvervangende schaamte.

Uitvaartdienst
Begrijpelijk als mensen zich hechten aan een (huis)dier. Maar hondenfietskarren, een andere camper voor de hond, speciale crematoria (Uit een advertentie: ‘Dit kan van een sobere crematie tot een uitvaartdienst op maat, volledig volgens uw gevoelens en verlangens.’) en wat staat ons verder nog te wachten: wat mij betreft zijn we al een aantal stadia doorgeschoten in het vermenselijken van deze viervoeters. Honden zijn dieren en zo moeten we er vooral ook mee omgaan.

“Doedoe mijn honneponneke, heb jij vannacht zo lekker in je camperbedje  geslapen?”

1 opmerking: